-
Voor veel mensen op de vlucht is Griekenland geen veilige haven, maar een doodlopende straat
Staatssecretaris Nicole de Moor heeft beslist om mensen op de vlucht die in Griekenland al bescherming kregen, geen opvang meer te bieden in België. Vluchtelingenwerk Vlaanderen gaat niet akkoord met deze analyse. Talloze rapporten en rechterlijke uitspraken tonen aan dat erkende vluchtelingen in Griekenland geen toegang hebben tot basisvoorzieningen zoals werk en zorg en vaak in slechte omstandigheden moeten overleven. |
Hoewel Griekenland juridisch verplicht is om erkende vluchtelingen gelijke rechten te bieden, blijkt de praktijk anders. In januari 2024 bevestigden vijf rechters van de Belgische Raad voor Vreemdelingenbetwistingen dat de situatie van erkende vluchtelingen in Griekenland "zeer precair en problematisch" is.
Dit onderstreept de grote moeilijkheden die deze mensen op de vlucht ondervinden om toegang te krijgen tot basisvoorzieningen, zoals werk, huisvesting en zorg, ondanks hun erkende status. De Europese Commissie startte in 2023 een inbreukprocedure tegen Griekenland vanwege het schenden van de rechten van vluchtelingen. Griekse autoriteiten weigeren hen gelijke toegang tot sociale bijstand en basisvoorzieningen, wat in strijd is met de Europese richtlijnen.
Hierdoor zijn mensen op de vlucht, ondanks hun officiële status, gedwongen om verder te reizen op zoek naar bescherming en een kans op een veilig bestaan.
Weigering van opvang
In plaats van mensen op de vlucht die naar België komen bescherming te bieden, kiest de regering ervoor om deze verantwoordelijkheid af te schuiven. Fedasil, de federale instantie voor asielopvang, zal binnenkort vluchtelingen weigeren die in andere Europese landen al erkend zijn. Deze maatregel is onderdeel van een breder beleid om de asielinstroom te beperken, maar heeft verwoestende gevolgen voor vluchtelingen die in Griekenland bescherming hebben gekregen maar de onhoudbare situatie daar niet konden verdragen.
Deze beslissing raakt vooral Palestijnen uit de Gazastrook, die vaak de route via Griekenland kiezen. De psychische kwetsbaarheid van deze groep mensen op de vlucht is overduidelijk. De traumatische ervaringen van oorlog en geweld maken het des te riskanter om hen in dergelijke omstandigheden op straat te zetten. Maar de situatie wordt extra schrijnend door een dubbele standaard in de solidariteit met Palestijnen. Terwijl België zich op internationaal niveau vaak presenteert als verdediger van de rechten van Palestijnen, stopt die solidariteit bij de grens.
Palestijnse vluchtelingen die bescherming zoeken binnen de EU krijgen niet dezelfde steun. Het contrast tussen de politieke steun voor Palestijnen wereldwijd en de weigering van opvang binnen Europa ondermijnt de geloofwaardigheid van België als bepleiter van mensenrechten op internationaal vlak.
Verantwoordelijkheid verschuiven
De situatie in Griekenland is niet een geïsoleerd probleem, maar weerspiegelt het falen van Europese lidstaten, waaronder België, om hun gezamenlijke verantwoordelijkheid voor vluchtelingen op te nemen. Het is niet alleen een Europese verplichting, maar ook een morele verantwoordelijkheid om vluchtelingen bescherming te bieden en hun de kans te geven op een nieuw leven.
Door mensen op de vlucht niet op te vangen, verergert België het uitblijven van gezamenlijke oplossingen en versterkt het de kloof tussen lidstaten, terwijl de humanitaire situatie verslechtert. Door zich achter juridische procedures en bureaucratische obstakels te verschuilen, verliest België de kans om zijn verantwoordelijkheid waar te maken, zowel binnen de EU als op het gebied van mensenrechten.